’t Veraol
Oe ’t ooit gewiest aar kunne zijn
Het boek ’t Ver’aol vertelt ‘oe ’t ooit gewiest aar kunne zijn’ in Roosendaal. Tien hoofdstukken nemen je mee en vertellen over de stad, de optocht en alles wat met de Tullepetaonse carnaval te maken heeft. Bij ieder verhaal staat een prachtige tekening. Met de korte uittrekseltjes hieronder lichten we alvast een tipje van de sluier op. Ben je nieuwsgierig geworden naar alle verhalen? Gelukkig is het boek te koop, voor € 15 bij de VVV.
1. ‘t Begien
Als Nicolaes Janssens geconcentreerd aan het schrijven is over zijn ‘schòòne’ Roosendaal, wordt hij opgeschrikt door een hoop lawaai. Hij rent naar buiten en ziet daar een voorman, die zijn kar ruw over de kasseien jaagt. Plotseling valt er een groot ei van de kar. Nicolaes raapt het op en hij is stomverbaasd als hij ziet wat er gebeurt.
Jij ook? Kijk maar snel op het blz. 4 van ’t Ver’aol.
Jij ook? Kijk maar snel op het blz. 4 van ’t Ver’aol.
2. W’emme ‘ne priens
Burgemeester Panneboeter wordt ontboden bij de koning, om geld op te halen voor de restauratie van het stadhuis en de kerk van Roosendaal. Hij wíl wel, maar… wie kan in zijn afwezigheid op de stad passen? Sophie van ’t Vrouwen’of weet dat haar staljongen uit het goede hout is gesneden om met alle Tullepetaone vier dagen lang een fantastisch feestje te vieren.
Of Sophie het bij het rechte eind heeft lees je op blz. 6 van ’t Ver’aol.
Of Sophie het bij het rechte eind heeft lees je op blz. 6 van ’t Ver’aol.
3. D’n eemel te rijk!
Nu de geliefde pastoor De Goej ‘aon de verkeerde kaant van ’t gras ligt’ wil de bisschop zijn kans grijpen om het goddeloze carnavalsfeest in de kiem te smoren. Maar gelukkig is de burgemeester vastberaden om met carnaval tóch ‘de botter teege d’n zolder te gaon gooie’. Hij regelt een vervanger en tijdens de mis voltrekt zich een wonder.
Op blz. 8 van ’t Ver’aol ontdek je de ontknoping.
Op blz. 8 van ’t Ver’aol ontdek je de ontknoping.
4. Spiegele
Tijdens de sleuteloverdracht op het bordes van het Raadhuis kraamt een klimmende malloot leuzen van 11 letters uit. Ook bestookt hij de priens met een salvo aan vragen. Dan bedenkt de priens, dat alleen een nar vraagt naar de bekende weg en dat hij je de spiegel voorhoudt.
Hoe dit afloopt? Je ziet het op blz. 10 van ’t Ver’aol.
Hoe dit afloopt? Je ziet het op blz. 10 van ’t Ver’aol.
5. Mee d’éérste trein terug
Peerke van den Biggelèèr is in alle staten. Hij is glad vergeten om het vermaakte priensenpak in Antwerpen op te halen, en de tijd dringt. Gelukkig krijgen de priens en Peerke een lift. Maar bij de start van de terugreis breekt de as van het rijtuig. Wat nu?
Of de priens op tijd terug is vind je op blz. 12 van ’t Ver’aol.
Of de priens op tijd terug is vind je op blz. 12 van ’t Ver’aol.
6. Wa ‘ne leutige mart
In zijn marktkraam verkoopt Boerke Karremans iedere week ‘groentes en èèrpels’. Maar op carnavalsmaandag 12 februari 1866 gooit hij verrassend het roer om. Valt zijn initiatief bij iedereen in goede aarde?
Blader maar gauw naar blz. 14 van ’t Ver’aol.
Blader maar gauw naar blz. 14 van ’t Ver’aol.
7. Daor is de sjampetter
Omdat Roosendaal geen ordebewaker heeft, dreigt het carnavalsfeest in het water te vallen. Door de vastberaden en praktische aanpak van de priens en de nar nemen de ontwikkelingen gelukkig een positieve wending.
Dat wordt spannend op blz. 16 van ’t Ver’aol.
Dat wordt spannend op blz. 16 van ’t Ver’aol.
8. Meziek!
Binnen de boerenraad brengt Peerke voor het eerst ’t Roosendaols lieke ten gehore, onvoorstelbaar gevoelig, maar ook ‘mee volle sjas’. Iedereen is laaiend enthousiast en de raad start de zoektocht naar goede muzikanten. Daarbij nemen de boeren een suggestie uit onverwachte hoek ter harte.
Hoe dan? Je ziet het op blz. 18 van ’t Ver’aol.
Hoe dan? Je ziet het op blz. 18 van ’t Ver’aol.
9. Alléénig goei nuuws
De priens en de sjampetter zitten in zak en as; in deze crisistijd brengt de krant alleen maar ellende. Samen besluiten ze het tij te keren en alleen maar berichten met goed nieuws te schrijven. Daar worden ze zo blij van, dat ze nog een grote stap verder gaan.
Ze vertellen over het goede nieuws op blz. 20 van ’t Ver’aol.
Ze vertellen over het goede nieuws op blz. 20 van ’t Ver’aol.
10. In optocht
Na tijden in spanning te hebben gezeten krijgen de priens en de ‘Dikke Deken’ toestemming voor een intocht én optocht door Tullepetaonestad. Voorwaarde is wél, dat de priens trouw en eer zweert aan de stad. Daar hoeft de priens niet lang over na te denken. De locatie weet hij ook al.
De priens doet zijn plannen uit de doeken op blz. 22 van ’t Ver’aol.
De priens doet zijn plannen uit de doeken op blz. 22 van ’t Ver’aol.
11. Swaree
Wordt vervolgd
